Scheppingsverhaal
Een bekend scheppingsverhaal is opgetekend in de bijbel. Zo zijn er meer in
omloop. In de bijbel schiep god hemel en aarde in zes dagen. Daar heeft
Darwin een andere theorie over ontwikkeld die verklaart hoe organismen
steeds ingewikkelder vormen hebben aangenomen. Tegenwoordig hoor je vaak
spreken over een 'intelligent design'. Naar voren komt een evolutie van
eenvoudig naar complex. Uit die theorie werd ook geconcludeerd dat dit
proces verliep volgens toeval. Natuurlijke selectie!
Nu is het principe van de natuurlijke selectie op zich best een slim
principe. Niets aan de hand zou je zeggen, ware het niet dat het
'intelligente ontwerp' een designer veronderstelt. Vandaar dat voor de
godsgelovigen die niet letterlijk nemen dat God alles in zes dagen schiep,
het Darwinisme aanvaardbaar is. De wetenschappelijke ontdekkingen zijn dan
niet in tegenspraak met hun geloof. God is voor hen de intelligente
designer.
In mijn boeken beschreef ik een evolutiemodel. Dat is ook een
scheppingsverhaal. Niet per se in tegenspraak met wetenschappelijke
theorieën als het Darwinisme en in overeenstemming met de kwantummechanica
. Wel in tegenspraak met een alles beheersende god. Maar er is wel
gelijkenis met het eerste scheppingsverhaal in de bijbel, onder voorwaarde
dat we de zes dagen én de schepper buiten beschouwing laten.
Mijn evolutiemodel vervolgt na een eerste begin met het ontstaan van de
fysieke wereld (eerste evolutieniveau, eerste dimensie) met het ontstaan
van het leven (tweede evoltieniveau, tweede dimensie). Daarna ontstonden er
mensen en mogelijk ontstaat er nog eens een vierde evolutieniveau. In deze
volgorde zit een overeenkomst met het bijbelse verhaal.
Staat in het bijbelverhaal 'God' aan het begin van het proces, in mijn
verhaal is dat 'Potentie'. Ik voel me dan ook meer thuis bij het
taoīstische scheppingsverhaal:
De Tao baarde het Ene.
Het Ene de Twee.
De Twee baarden de Drie.
De Drie alle schepsels.
(Lao Zi, vertaling Cristoffel Schipper.)
Ik heb daar mijn versie van gemaakt:
Eerst was er Potentie, Potentie was:
infotie/energie/massa én Informatie.
En ontwikkelde zich…
Dat is het.
Met jou ging het ook zo.
Wat opvalt is dat ogenschijnlijk de tijd ontbreekt. Wel wordt een nieuw
begrip genoemd: Infotie. Daar zit de tijd in verscholen. Infotie betrekt de
Informatie op de massa en de energie, en omgekeerd. Zonder Informatie kan
geen vorm bestaan. Het is een voortdurend proces: op het moment dat het-NU
er is, is het er al niet meer. Infotie is de 'manifesteerder', de interface
tussen materie en Geheugen. Momenten volgen elkaar op. Wat was wordt
onthouden.
Ik herken in mijn versie van het scheppingsverhaal mijn dialectiekmodel dat
lijkt op de bekende volgorde: these, antithese, synthese. Met dit verschil
dat in mijn model de these en de antithese tegelijkertijd 'opkomen'
waardoor er een polariteit is. Iets is wat het niet is. De spanning tussen
de twee polen lost op in iets nieuws dat recht doet aan beide polen
(dialectische spanningsreductie). Als meer tegenstellingen in het geding
zijn is vaak niet meer te overzien hoe zich het oude tot het nieuwe
verhoudt en ontstaat een emergentie. Een emergentie 'is' er op een gegeven
moment gewoon. Zoals wanneer je een bepaald aantal bomen bij elkaar plant.
Een paar bomen is niet genoeg om over een 'bos' te kunnen spreken. Hoeveel
bomen zijn er nodig?
In mijn evolutiemodel bespreek ik een paar meta-emergenties. De eerste is
die van niets tot iets: op een gegeven moment was er de fysieke wereld: het
eerste evolutieniveau, de eerste dimensie. Later was er leven op aarde (het
tweede evolutieniveau) en weer later was er een wezen dat zich bewust was
was van verleden en toekomst (de mens).
Emergentie wil zeggen dat het één voortbouwt op het voorgaande. Daar komt
geen schepper aan te pas. Er is wel een soort Bouwplan. Dat is inherent aan
het begrip Potentie: mogelijkheid. Mogelijkheden bestaan bij de gratie van
onmogelijkheden. Je kunt de vraag stellen waar dan de Potentie vandaan
komt. Je kunt hier een Schepper vermoeden, maar nodig is dat niet.
Potentie, een mogelijkheid, is zelf niets, is zelf nog niet iets. Bovendien
heb ik aan Potentie genoeg om het bestaan te begrijpen, om mezelf op een
zinvolle manier in het bestaan te handhaven. Verder doorvragen is een vorm
van onnodige reductie.
|